Duizend kilo troep per kilometer

Op een gure dag in april verzamelen zeshonderd jongeren op Texel dertig ton zwerfvuil langs het strand. Hun school doet mee aan een eenmalige schoonmaakactie. Dat betekent bukken bij iedere stap! De natuur als vuilnisbak...

Een zeehondje zwemt op jonge leeftijd door een nylon band heen. De band, die normaal dozen en kisten dichthoudt, blijft om het lijf van het dier zitten. Naarmate het zeehondje groeit, snoert de band zijn lijf steeds verder in. Als medewerkers van Ecomare – centrum voor Wadden- en Noordzee – de zeehond langs het strand vinden, is het al te laat. Hij heeft ernstige verwondingen, ontstekingen en verlammingsverschijnselen. De dierenarts kan niets anders doen dan het dier direct in laten slapen.

Nachtmerrie

Wat er is gebeurd met het zeehondje stemt tot nadenken. Wat gooien we allemaal voor troep in de zee? Jaarlijks belandt er maar liefst twintig miljoen kilo afval in de Noordzee. Drie miljoen kilo blijft drijven, nog eens drie miljoen spoelt aan langs de kust en de rest zinkt naar de zeebodem. Het gezonken vuil is een nachtmerrie voor vissers, die er hun visnetten aan openhalen of andere schade oplopen. De drijvende rommel vormt een gevaar voor vissen, vogels en zeezoogdieren, die erin verstrikt raken of het voor voedsel aanzien.

Nagenoeg alle Noordse stormvogels die langs onze kust dood aanspoelen, hebben plastic in hun maag. Doordat ze onverteerde voedselresten niet uitbraken, hoopt het afval zich op en verliezen ze hun hongergevoel. Ondervoeding en schade aan de maagwand kunnen uiteindelijk hun dood betekenen.

Het aangespoelde vuil op het strand is niet alleen een probleem voor dieren die langs de kust hun voedsel zoeken, ook voor mensen is het niet aangenaam. Niemand vindt het leuk om tijdens een strandwandeling door allerlei vuil heen te moeten ploeteren. Het kost gemeenten een vermogen om de rotzooi steeds weer op te ruimen. Zo spendeert Scheveningen jaarlijks een miljoen euro om tien kilometer strand schoon te houden. Dat gebeurt met name ’s zomers, wanneer badgasten veel troep achterlaten. Maar wat de zee de rest van het jaar aan land brengt, liegt er ook niet om.

Afbraaktijd op het land van verschillende typen afval

Type afval Afbraaktijd
Kranten een paar dagen
Appelklokhuizen 2 weken
Kartonnen dozen een halfjaar
Sigarettenpeuken 2 jaar
Bananen- of sinaasappelschillen 1-3 jaar
Polyester drankflesjes 5-10 jaar
Kauwgom (merkafhankelijk) 10-100 jaar



Blikjes bier of fris 50 jaar
Plastic bekertjes meer dan 100 jaar
Nylon koord 100-500 jaar
Plastic voor het bij elkaar houden van blikjes (‘sixpack’) eeuwig
Patatbakjes polystyreen eeuwig
Glazen flessen eeuwig

Bron: Ecomare

Zware klus

Om meer te weten te komen over het zwerfvuil dat langs de Nederlandse kust aanspoelt, coördineert milieuorganisatie Stichting De Noordzee sinds 1988 het project Coastwatch. Aan het project, dat in twintig landen loopt, doen nu 26 Nederlandse scholen mee. Leerlingen en vrijwilligers lopen in het voor- en najaar een bepaald strandtraject af en noteren hoeveel afval ze daar vinden, wat het is, waar het vandaan komt en hoeveel het weegt. En… ze ruimen het op.

Aan de hand van de uitkomsten zijn uitspraken te doen over de hoeveelheid vuil die jaar op jaar op het strand aanspoelt. Dat kunnen wij ook, moet de Texelse scholengemeenschap De Hogeberg hebben gedacht. En dus bestormden haar leerlingen op 20 april van dit jaar het strand van het eiland.

“Het project was niet alleen bedoeld als schoonmaakactie, maar ook om het saamhorigheidsgevoel te versterken,” licht Rudy Serlé, coördinator van het natuur- en milieuonderwijs op De Hogeberg, toe. "Elkaars steun hebben we zeker nodig gehad. Sommigen vonden het een behoorlijk zware klus. Maar het is natuurlijk altijd leuker dan een dag op school.”

Je eigen gewicht in afval

De schoonmaakactie van De Hogeberg vindt plaats aan de Noordzeekust van Texel. Het strand is in negen stukken verdeeld en voor ieder deel zijn ruim zestig scholieren verantwoordelijk. Zij verzamelen het afval en gooien het in containers, die tractoren over het strand rijden. En zo maken ze op twee kilometer na het hele dertig kilometer tellende Texelse Noordzeestrand schoon.

Net als bij Coastwatch maken de vuilrapers onderscheid tussen vondsten uit de zogeheten getijdenzone, het natte deel vlak bij het water, en die uit de spatzone, het hogere strand tot aan de duinvoet. Zo kun je achteraf verschillen tussen zwerfvuil afkomstig van diverse plaatsen op het strand vaststellen. Het in de containers verzamelde afval moet naar centrale punten langs het strand, voor sortering en telling. Vervolgens wordt het gewogen, waarna het voor vernietiging naar een vuilverzamelplaats gaat.

Bij het sorteren, tellen en wegen gebruiken de leerlingen turflijsten om hun gegevens te noteren. Zo kunnen zij na afloop al snel vaststellen dat ze een buit van maar liefst dertigduizend kilo afval hebben binnengehaald. Omgerekend betekent dit dat iedere vuilraper met ongeveer vijftig kilo afval heeft lopen sjouwen, gemiddeld het eigen lichaamsgewicht. Als je kijkt naar de totale lengte van het nu schone strand, komt dat neer op ongeveer duizend kilo vuil per kilometer, oftewel een kilo per meter. De Texelse schoonmaakploeg 'scoort' per kilometer zo'n 739 stuks afval per persoon. Afhankelijk van de grootte van de voorwerpen moet je zo’n beetje bij iedere stap bukken om iets op te rapen.

Plastic en hout

Net als het Coastwatch-project levert de schoonmaakactie op Texel vooral plastic afval
op. Alle kunststof voorwerpen bij elkaar, inclusief netten en touwen, maken ruim zeventig procent van het totaal uit.

Een heel ander beeld ontstaat als je naar het gewicht van het afval kijkt. Veel plastic rommel is klein en licht. In kilo’s slaat de balans dan ook door naar houtafval (voornamelijk pallets waarop vracht is vervoerd), dat met 482 kilo per kilometer meer dan de helft van het totaalgewicht vormt.

Over de herkomst van zwerfvuil in zee valt niet altijd iets zinnigs te zeggen. In het Coastwatchproject kijkt men naar het type afval en waarvoor het wordt gebruikt. Zo zijn netten en touwen waarschijnlijk op zee gedumpt, en zijn patatbakjes afkomstig van het land. Maar plastic drinkflesjes kunnen zowel op zee overboord zijn gegooid als langs het strand zijn achtergelaten. Van de getelde objecten komt bijna veertig procent van zee (scheepvaart, visserij, offshore-industrie), zo’n veertien procent van land (recreanten, rioolafvoer en dergelijke) en van ongeveer de helft van het aantal objecten is de herkomst onbekend.

Illegale dumping

In termen van afvalgewicht is het duidelijk dat de meerderheid afkomstig is van bronnen op
zee, iets wat ook uit het Coastwatch-project is gebleken. Omdat de regelgeving rondom het
afgeven van afval in havens nogal ingewikkeld is, wordt de scheepvaart niet echt gestimuleerd om op een nette manier afval te lozen. Slechts een derde van de kosten die inlevering en verwerking van afval met zich meebrengen, is verrekend in het havengeld. De rest moeten schippers contant bijbetalen. Illegale dumping is een gevolg van deze regeling en het bewijs daarvan is duidelijk terug te vinden op het strand.

Zoals gebruikelijk bij zwerfvuil langs het strand, ligt ook op Texel het meeste afval in de hoge spatzone. Maar niet al het afval dat in deze zogenaamde stormlijnen terechtkomt, is terug te vinden. Het verdwijnt onder het zand of waait landinwaarts.

Een andere manier waarop aangespoeld afval op het strand verdwijnt, heeft te maken met de samenstelling. Een goed voorbeeld zijn brokken was of vetachtig materiaal, zoals paraffine. Dit spul komt onder meer in zee terecht na schoonmaak van het ruim van tankerschepen. Bij gebruik van agressieve reinigingsmiddelen gaat het om schadelijk afval. Door de aard van het materiaal, vallen de brokstukken na aanspoelen gemakkelijk uit elkaar en verdwijnen uit het zicht. Tijdens de schoonmaakactie op Texel zijn dan ook uitsluitend grote brokken gevonden, in totaal zo’n drie kilo per kilometer. Omdat twee op de drie brokstukken in de getijdenzone terechtkomen, is het aannemelijk dat het in grotere hoeveelheden aanspoelt, dan dat het gevonden wordt.

Eenmalig

Zes weken na de schoonmaakactie ligt het Texelse strand vol met nieuwe rommel, zodat de gemeente besluit opnieuw een deel op te ruimen. Uitgaand van de hoeveelheid afval die de gemeente verwijdert en de tijd die is verstreken sinds de Texelse scholieren hun werk hebben, is te berekenen hoeveel zwerfvuil er dagelijks op het eiland aanspoelt. Onder de gegeven wind- en stromingsomstandigheden komt dat neer op ongeveer 7,5 kilo afval per kilometer per dag. Op jaarbasis betekent dit dat langs het Noordzeestrand van Texel ruim 82.000 kilo aan land komt. Dat is zo’n drie dagen werk voor de schoonmaakploeg van De Hogeberg.

“Het was een eenmalige actie,” stelt Rudy Serlé echter vast. "Volgend jaar willen we weer een ander project doen. De schoonmaakactie betekende trouwens een enorme aanslag op de goodwill van veel Texelaren. Zonder de inzet van de boeren, die hun tractoren belangeloos ter beschikking stelden, was het ons nooit gelukt. Ook allerlei bedrijven en de Rotary Club hebben geholpen om de kosten te dekken. Zoiets kun je echt niet elk jaar organiseren." Helaas heeft de docent gelijk. Bovendien biedt het simpelweg opruimen van troep langs het strand geen oplossing voor het zwerfvuilprobleem, want je bestrijdt er het gemak waarmee we rotzooi in de natuur dumpen niet mee. Het rapport Schoon strand Texel 2005 heeft vooral dat probleem zichtbaar gemaakt.

"Het zorgeloos weggooien van afval zal moeten veranderen," zo valt te lezen in het naschrift van het rapport. "De daarvoor noodzakelijke verandering in het gedrag van mensen kan alleen worden bereikt door bewustwording." De zeehond die dat gedrag met zijn dood heeft bekocht zou dit zeker hebben beaamd.

Auteur: Manon Laterveer-de Beer
Explore (december 2005)
Terug